Oprichting
Het Liberaal Vlaams Studentenverbond werd opgericht in Gent, in 1930. Zeven jaar later werd er een zusterafdeling opgericht aan de Université Libre de Bruxelles. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog liet een bloeiperiode even op zich wachten. Politiek-ideologische activiteiten werden stopgezet tijdens de bezetting, en vele leden en oud-leden gingen in het verzet. Het zou tot 1947 duren voor LVSV Brussel opnieuw actief werd.
In de jaren ’50 waren politiek-ideologische studentenverenigingen niet bijzonder populair aan de ULB, al deed de beruchte schoolstrijd in die tijd heel wat stof opwaaien. Een beperkte opkomst op activiteiten verplichtte de toenmalige Raden van Bestuur, met o.m. Jean-Louis Rens als voorzitter, er echter toe voornamelijk interne werkvergaderingen te plannen. Een andere reden voor de beperkte interesse, naast een grotendeels politiek-apathisch studentenpubliek, was dat Nederlandstaligen slechts een kleine minderheid vormden aan de Brusselse universiteit. De Vlamingen verenigden zich solidair in het verbond Geen taal, geen vrijheid, dat later, aan de VUB, uitgroeide tot het Brussels StudentenGenootschap (BSG), de overkoepelende vereniging van alle studentenkringen. Een te sterke uitbouw van Nederlandstalige, politiek-ideologische kringen werd in die periode als een gevaar beschouwd voor de samenhang van de Vlaamse minderheid aan de universiteit.
In de jaren ‘60, toen de splitsing in een aparte Franstalige en Nederlandstalige universiteit in Brussel stilaan vorm kreeg, kon LVSV Brussel doorgroeien, en ging het het op regelmatige basis ideologische en studentikoze activiteiten organiseren. Het was een periode waarin de liberale studenten door hun ideologische tegenstanders ondubbelzinnig werden afgeschilderd als een bende rijkeluiskinderen. Hoewel de publieke sympathie (mede door de studentenopstanden van 1968, die er zaten aan te komen) vooral uitging naar verenigingen van collectivistisch-linkse signatuur, werd LVSV Brussel toch de grootste, Nederlandstalige, politiek-ideologische kring aan de universiteit. Deze generatie LVSV’ers droeg ook haar steentje bij tot de vernederlandsing en het autonomiestreven van de Vrije Universiteit Brussel.
In het woelige 1968 waren heel wat Brusselse LVSV’ers betrokken bij de opstanden, in mei en juni, waarna een bloeiperiode volgde onder voorzitter Freddy Neyts. De jongeren die een paar jaar eerder nog de stempel van verwende rijkeluiskinderen kregen opgedrukt, werden nu revolutionairen genoemd. In het najaar van 1968 werd overigens het ideologische magazine Blauwzuur opgericht, dat vandaag nog steeds bestaat. In haar beginjaren haalde het blad een oplage van maar liefst 2.000 exemplaren.
Terug naar de roots
Mei ’68 had echter haar sporen nagelaten, ook op de inhoudelijke koers van LVSV Brussel. Na een bezinningsperiode, in het midden van de jaren ’70, keerden de liberale studenten terug naar hun ideologische roots. Onder o.m. het leiderschap van Patrick Dewael, in ’77-’78, lag de nadruk op de organisatie van enkele grote debatten, de verspreiding van liberale pamfletten en deelname aan studentikoze activiteiten. Ook op het Vlaamse, politieke landschap wist LVSV haar stempel te drukken. Tijdens een ideologisch congres van de Partij voor Vrijheid en Vooruitgang (PVV, de voorganger van Open Vld) slaagden de LVSV- en PVV-jongeren erin de partij een meer rechtlijnig-liberale richting te doen inslaan.
Vandaag
Na een korte, donkere periode, aan het begin van de 21ste eeuw, werd LVSV Brussel heropgericht in 2002-2003. In de jaren die volgden kende de vereniging één van haar grootste bloeiperiodes. In 2004 werd gestart met de organisatie van het jaarlijkse galabal, dat traditioneel doorgaat in november.
In korte tijd groeide het LVSV opnieuw uit tot de grootste politiek-ideologische kring aan de VUB. En hoewel een aantal leden, ereleden en sommige bestuursleden een Open Vld-achtergrond hadden en hebben, werden de officiële banden met partijpolitiek doorgeknipt. In het algemeen weigeren de liberale studenten principieel elke vorm van financiering door politieke partijen of door de overheid. Enkel op die manier kan de volledige, inhoudelijke onafhankelijkheid worden gewaarborgd. De ambitie om een grote invloed uit te oefenen op de koers van de liberale partij is, in vergelijking met de jaren ’70 en ‘80, grotendeels verdwenen. Het LVSV ging zich daarentegen eerder profileren als de ideologische waakhond van alle politieke partijen en bewegingen die het liberalisme (geheel of gedeeltelijk) claimen.
Anno 2022 valt LVSV Brussel niet meer weg te denken aan de VUB. Tijdens het semester wordt er bijna wekelijks een lezing, een debat of een discussieavond georganiseerd, met toonaangevende sprekers en soms voor honderden toeschouwers. Geen enkel thema wordt daarbij uit de weg gegaan. De strijd tegen het collectivisme, zowel van links als van rechts, woedt hevig. Studentikozer, geestdriftiger en kritischer dan ooit worden liberale waarden als individuele vrijheid, vrijheid van meningsuiting, vrijhandel en mensenrechten (met nadruk op het non-agressieprincipe) verdedigd.